Goede hygiëne is zeer belangrijk. De volgende gebruikstips kunnen u hierbij helpen:

  1. Was voor gebruik altijd uw handen;
  2. Spuit de sonde zowel vóór als ná het toedienen van voeding en medicatie schoon met water. Hierdoor voorkomt u verstopping van de sonde (zie hieronder);
  3. Controleer de houdbaarheidsdatum van de voeding;
  4. Controleer of de verpakking niet beschadigd of open is. Gebruik bij twijfel de voeding niet;
  5. Schud de voeding voor gebruik. Controleer de voeding op uiterlijke afwijkingen. Indien er sprake is van afwijkingen raden wij aan de voeding niet te gebruiken;
  6. Volg de instructies op de verpakking.

Het is ook belangrijk om op het volgende te letten:

  • Laat steriel aangeprikte sondevoeding in een zak of fles nooit langer dan 24 uur aanhangen. Sondevoeding in een container of een fles met een open aansluiting mag niet langer dan acht uur aanhangen;
  • Sondevoeding met toevoegingen of poedervormige sondevoeding mag maximaal vier uur aanhangen;
  • Vervang iedere 24 uur het toedieningssysteem;
  • Verdun de voeding nooit;
  • Voeg geen medicatie toe aan de sondevoeding;
  • Bewaar de sondevoeding afgesloten in de koelkast. Gooi geopende sondevoeding na 24 uur weg.
    Tip: Schrijf de datum en tijdstip van openen op de verpakking.

Doorspoelen van de sonde:
Het is belangrijk dat u de sonde vóór en ná het toedienen van voeding en/of medicatie en ten minste drie keer per dag met water doorspuit om verstopping te voorkomen.

Benodigdheden:

  • Een kopje lauw water;
  • Een spuit van minimaal 20 ml.

Let op! Gebruik alleen water. Zure dranken, zoals vruchtensap of koolzuurhoudende dranken, kunnen reageren met de sondevoeding, waardoor de voeding gaat schiften en er juist verstopping kan ontstaan.

Instructie doorspoelen van een sonde:

A. Doorspoelen van een sonde wanneer u via een toedieningssysteem sondevoeding toedient:

  1. Zuig met de spuit het water op uit het kopje tot de gewenste hoeveelheid (20-50 ml);
  2. Pauzeer de pomp (zie handleiding van de pomp) of sluit de rolregelklem van het toedieningssysteem;
  3. Draai het dopje van de medicatiepoort op het toedieningssysteem open;
  4. Plaats de spuit op de medicatiepoort en druk deze langzaam leeg;
  5. Koppel de spuit af;
  6. Draai het dopje op de medicatiepoort en start de pomp.

B. Doorspoelen van een sonde wanneer u sondevoeding per portie (bolus) met een spuit toedient:

  1. Zuig met de spuit het water op uit het kopje tot de gewenste hoeveelheid (20-50 ml);
  2. Draai het dopje van de sonde en plaats de spuit op de sonde;
  3. Druk de spuit langzaam leeg. Doe dit rustig om teveel druk op de sonde te voorkomen;
  4. Koppel de spuit af en plaats het dopje weer op de sonde.

Klik hier voor instructiefilmpjes over het doorspoelen van de sonde.

Veelgestelde vragen

Het is belangrijk dat u de sonde goed verzorgt om de voeding goed toe te kunnen dienen. Voor informatie over verzorging van de verschillende sondes verwijzen wij u naar de verzorginstructies

In het algemeen worden kant-en-klare sondevoedingen goed getolereerd en verdragen. Daarom is normale voeding via de sonde, ook wel blended diet (BD) genoemd niet de eerste keuze bij de dieetbehandeling van ondervoeding. Het kan overwogen worden bij patiënten die voor een langdurige periode/levenslang via PEG gevoed moeten worden. Vanuit de praktijk is er ook een groep bij wie blended diet in combinatie met sondevoeding wordt gebruikt.

U kunt geen voeding, medicatie of water toevoegen aan de sondevoeding. Dit kan leiden tot verstopping van de sonde of bederf van de voeding.

Een verpakking van sondevoeding hoort niet te lekken. Controleer of het toedieningssysteem op de juiste manier geplaatst is. Indien de verpakking kapot is, kunt u dit het beste bij uw leverancier melden. Gebruik de verpakking dan niet meer.

Wanneer u de sonde goed verzorgt, zal deze niet zo snel verkleuren. Het is echter mogelijk dat de sonde bij langdurig gebruik onder invloed van medicatie en voeding toch verkleurt. Wanneer u zich zorgen maakt is het advies uw zorgverlener te raadplegen.

De eerste 2-3 weken na het plaatsen van een PEG, PEG-J of jejunostomie mag uw kind niet zwemmen of in bad. Wanneer de eventuele hechtingen zijn geheeld kan uw kind in het (zwem)bad mits de sonde goed beschermd is en de wond gezond en geheeld is. Uw kind moet verontreinigd water altijd vermijden. Wanneer u twijfelt, overleg dit even met uw arts of diëtist.

Dat is zeker aan te raden. Juist op het moment dat er weinig tot niet gegeten of gedronken wordt is goede mondhygiëne belangrijk voor een gezond gebit en frisse adem. Ook kunt u lippenbalsem op de lippen smeren om droogheid tegen te gaan.

Het is aan te raden om de reguliere controles van uw kind bij de tandarts aan te houden.

Meer informatie